Een ode aan de ansjovis moet ik echt eens gaan schrijven. Dit kleine visje is namelijk bijzonder want hij kietelt mijn smaakpapillen iedere keer als ie mijn tong raakt. Gezouten maar ook vers, zoals nu, met lekker veel knoflook en citroen.
En ja, het hele beestje eet je zo hoppa met letterlijk kop en staart op. Mocht je dat iets te exotisch vinden, je kan heel makkelijk de vis van de graat happen.
En die ode? Laten we dit als klein beginnetje zien.

Verse ansjovis met knoflook en citroen
Voor 6 personen
– 400 g verse ansjovis
– 2 el bloem
– flinke hoeveelheid olijfolie
– 3 tenen knoflook, fijngesneden
– ½ citroen
– Maldonzout
– handje peterselie, fijngehakt

Maak de ansjovisjes schoon door de ingewanden even met een aardappelschilmesje eruit te plukken. Dit gaat heel makkelijk. Spoel ze daarna schoon en dep droog met keukenpapier. Strooi de bloem over de vis en meng door elkaar zodat ze allemaal licht met bloem bedekt zijn. Gooi overtollig bloem weg.
Verhit in een niet te grote koekenpan genoeg olijfolie zodat de hele bodem goed bedenkt is. De visjes moeten een beetje kunnen ‘zwemmen’ in de olie. Voeg de knoflook toe en fruit kort. Leg de helft van de ansjovisjes naast elkaar in de koekenpan en bak zo’n anderhalve minuut. Keer ze voorzichtig om met een spatel en bak nog even kort. Herhaal dit met de andere helft.
Serveer de ansjovisjes op een mooie schaal, rasp de schil van de citroen erover en knijp wat sap erover. Strooi als laatste wat zout en peterselie erover.

Omdat de visjes klein zijn bak ik ze liever in twee keer omdat ze anders te snel doorgaren terwijl je ze omdraait.
Deze ansjovisjes zijn heerlijk op de bruschetta met wat van de gemarineerde tomaat erbij.
Dit recept is onderdeel van de Italiaanse voorgerechten die ik maakte.