Tijdens de tweede editie van het Food Film Festival, georganiseerd door de Youth Food Movement, werd de fun van eten super gecombineerd met de inhoudelijke kant met films, debatten, workshops, kunst, evenementen, een te gekke producentenmarkt, feestjes en, je krijgt tenslotte ook trek van dat alles, heerlijke gerechten in het festivalrestaurant.
3 dagen lang heb ik daar geholpen als één van de vrijwilligers, beter dan de vorige keer toen ik niet zo’n goede serveerster was. Het leuke aan meedraaien is dat je dan je een steentje bij kan dragen aan het festival, alles van binnenuit meemaakt en natuurlijk bij veel interessante onderdelen aanwezig kan zijn.
Vrijdagmiddag startte het festival en ik liet mijn handjes wapperen bij de workshop ‘Sterrenkoken’ van Ricardo van Ede. Deze grote, indrukwekkende man vol met tattoos die op zijn eenentwintigste al een Michelinster kookte fluisterde in mijn oor vlak voordat het begon dat hij stond te trillen op zijn benen zo zenuwachtig was hij. ‘Ik geef nooit workshops, laat mij maar lekker in de keuken staan en niet in de spotlight. Niks voor mij.’ Ricardo draaide warm en deed het geweldig samen met 2 koks die mee waren van restaurant Neva in de Hermitage. Onder begeleiding van hen maakten de deelnemers oesters met verschillende bereidingen van komkommer en toetjes met karamel, cheesecake, witte chocolade en bloedsinaasappelijs. Wat was ik blij dat ik bij deze workshop mocht helpen met kaartjes controleren, schorten uitdelen, afwassen en… aan het einde mocht proeven van de gemaakte gerechten.
De Aardappeleters was de volgende workshop en stond helemaal in het teken van piepers. Wel tien soorten aardappelen van allemaal kleine telers uit het land lagen op de tafels. Er werd uitleg gegeven waar de verschillende rassen vandaan kwamen en hoe ze allemaal van elkaar verschillen. Dat is nog eens andere koek dan de blauwe zak in de super waar op staat ‘iets kruimig’ en je bij god niet weet wat je nou koopt en waar ze vandaan komen.
Onder leiding van Yolanda van der Jagt en Giovanna Gomersbach werden de heerlijkste stamppotten, salades, soep en bijgerechten gemaakt van gepofte, gekookte, gebakken, gegrilde en gestampte aardappelen. Het resultaat: een kleurrijke tafel vol met geurige gerechten die aan het einde van de workshop met elkaar werden geproefd. Mijn favoriete gerecht was de platgeslagen Annabelle kriel met gremolata.
De volgende dag hielp ik Geert, een van de Brandt & Levie boys met het uitserveren van een 3-gangen diner voor de internationale groep die aan het discussiëren waren over de voedselproblematiek binnen Europa.
Vooraf werd een geweldige salade geserveerd. Het was zo super lekker en kleurrijk dat ik daarvan toch echt even alle ingrediënten opnoem zodat je het zelf ook zou kunnen maken: onderop een bedje van frisée sla, daarop grove stukken gekookte gele biet, daarna gegrilde pastinaak en witte, oranje, gele paarse wortel. Nonchalant handen vol met radijsjes, Hollandse feta (die was zoooo lekker zacht en vol van smaak!), zoute amandelen, scheut citroendressing, druppels aardpeerbloesemgelei (kweepeergelei zou goede vervanger zijn), blaadjes koriander en daarna nog wat grof zeezout en gemalen peper erover. Wat een speeltuin voor je smaakpapillen. Dit ga ik zeker weten keertje koken! Verder serveerden we kruidige vegetarische tajine met couscous en als toetje partjes van verschillende soorten citrusvruchten met oranjebloesemwater, amandelcake, lekkere klodder slagroom en crumble van sesam. En daarna? Opruimen en tijd voor wijntjes en feestje!
Zondag, helaas helaas alweer de laatste dag van het geweldige festival, hielp ik mee met de shop in de centrale hal en verkocht kookboeken, shirtjes, tassen, DVD’s, posters en andere festivalsnuisterijen.
Mijn hoogtepunt van de dag was de ontmoeting met Oliver Rowe en het toetje dat ik van hem kreeg. Deze Engelse kok werd bekend met zijn BBC serie Urban Chef waarin de zoektocht naar in Londen verbouwde ingrediënten voor zijn te openen restaurant werd vastgelegd. Uiteindelijk heeft hij het voor elkaar gekregen om 80% uit zijn eigen stad te halen! Hij is een super leuke kerel om mee te praten, heel vrolijk en geestig. En dat toetje? Hemels! Het was alsof er vier engeltjes op mijn tong piesten: granache van chocolade die zo zacht was dat het mij deed denken aan de nutellapot in de zomer tijdens kamperen. Zo vloeibaar en zacht. Daarbij gepocheerde peer, super volle crème fraîche en lekker zoutige crumble. Dit was een van de gerechten die in het festivalrestaurant werd geserveerd waarvan Joris Bijdendijk de chef was. Dit super toetje was de perfecte afsluiter van een geweldig Food Film Festival.
Laat een reactie achter